top of page
  • Foto van schrijverBrenda Koper | Meander

Begrafenisgeld gaat op aan hulp


Uitvaartverzekering, zorg en zekerheid.

De Stentor kopte eind maart jl. (in een artikel van Anne Boer) dat veel ouderen zich door de bezuinigingen in de zorg genoodzaakt het geld dat zij hadden gereserveerd voor hun uitvaart, te gebruiken voor zorg die zij nodig hebben. Veel gemeenten hebben ervoor gekozen basale huishoudelijke hulp niet meer als zorg te kwalificeren en wordt daarom niet meer gefaciliteerd vanuit de WMO. Het wordt nu gezien als een dienst die men zelf moet inkopen en betalen.

Voorziening in uitvaartkosten

Ondersteuning in de kosten voor deze dienst kan nu worden aangevraagd vanuit de Wet Bijzondere Bijstand. Om hiervoor in aanmerking te komen wordt het inkomen en eigen vermogen getoetst. Voor deze toetsing wordt alles dat waardeerbaar is in geld meegeteld als vermogen. Uw eigen woning, boot of caravan maar ook het spaarpotje voor de begrafenis of crematie. Zelfs de waarde van een af te kopen begrafenispolis telt mee. Door een bepaling in de Wet op de Lijkbezorging zijn naasten verplicht de uitvaart van een familielid op zich te nemen. Ik hoor nogal eens dat mensen denken dat ze een uitvaart aan de gemeente kunnen overlaten als zij zelf de kosten niet willen betalen. Dat is echter niet zo. Een gemeente verzorgt alleen een (heel sobere) uitvaart als noch de overledene, noch de naasten geen enkel tegoed hebben om de uitvaart te betalen. De uitvaartkosten zullen – als niemand opdracht wil geven voor de uitvaart – door de gemeente altijd eerst worden verhaald op:

1. de nalatenschap (lees: de erfgenamen), en voor zover dat niet toereikend is: 2. de bloed- en aanverwanten die tot levensonderhoud van de overledene verplicht zouden zijn geweest volgens de art. 392-396 van Boek I van het Burgerlijk Wetboek, dat zijn:

  1. de echtgenoot/geregistreerd partner van de overledene;

  2. de ex-echtgenoot / ex-geregistreerd

  3. partner van de overledene (voor zover deze onderhoudsplichtig was ten opzichte van de overledene);

  4. de ouders;

  5. de kinderen;

  6. behuwdkinderen (schoonkinderen);

  7. schoonouders;

  8. stiefouders

Uitvaartverzekering

De gewoonte om in de loop van ons leven voldoende geld opzij te zetten, op een spaarrekening of met een uitvaartverzekering, om de kosten van de uitvaart (voor een groot deel) te kunnen betalen, blijkt nu niet meer sluitend te zijn. Door de bezuinigingen in de zorg zullen ouderen nu het geld dat zij hebben gespaard voor hun uitvaart, moeten gebruiken voor hun noodzakelijke zorg. Met als gevolg dat de familie bij een overlijden opdraait voor de kosten van het afscheid. Dit gaat ongetwijfeld in een heel aantal gevallen voor financiële problemen en conflicten bij naasten zorgen. Schrijnend vind ik dat.

bottom of page